Algemene reisvoorwaarden

Algemene reisvoorwaarden

Artikel 1 lid 1: In deze reisvoorwaarden wordt verstaan onder:
• Reisorganisator: degene die in de uitoefening van zijn bedrijf op eigen naam aan het publiek of aan een groep personen van te voren georganiseerde reizen aanbiedt;
• Reisovereenkomst: de overeenkomst waarbij een reisorganisator zich jegens zijn wederpartij verbindt tot het verschaffen van een door hem aangeboden van te voren georganiseerde reis die een overnachting of een periode van meer dan 24 uren omvat alsmede tenminste twee van de volgende diensten:
1.vervoer; 2.verblijf; 3.een andere, niet met vervoer of verblijf verband houdende toeristische dienst die een significant deel van de reis uitmaakt;
•Reiziger: de wederpartij van de reisorganisator of degene aan wie overeenkomstig artikel 8 van deze voorwaarden de rechtsverhouding tot de reisorganisator is overgedragen.
Artikel 1 lid 2: Deze reisvoorwaarden zijn van toepassing op alle reis-overeenkomsten.

Artikel 2.Totstandkoming en inhoud van de overeenkomst
Artikel 2 lid 1: De overeenkomst komt tot stand door aanvaarding door de reiziger van het aanbod van de reisorganisator. Het aanbod van de reisorganisator is vrijblijvend en kan zo nodig door deze worden herroepen. Herroeping dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 24 uren na aanvaarding te geschieden.
Artikel 2 lid 2: De reiziger zal de voor het sluiten van de overeenkomst en de uitvoering daarvan benodigde gegevens betreffende hemzelf en de eventuele andere reiziger(s) verstrekken aan de reisorganisator.
Artikel 2 lid 3: Degene die namens of ten behoeve van een ander een overeenkomst aangaat, is hoofdelijk aansprakelijk voor alle verplichtingen die uit deze overeenkomst voortvloeien. De (andere) reiziger(s) is (zijn) voor zijn (hun) eigen deel aansprakelijk.
Artikel 2 lid 4: Indien de overeengekomen reis is opgenomen in een publicatie van de reisorganisator maken de hierin opgenomen gegevens mede deel uit van de overeenkomst. Indien de reisorganisator algemene voorbehouden in het programma heeft opgenomen en deze in strijd zijn met de reisvoorwaarden, gelden de voor de reiziger meest gunstige bepalingen. Kennelijke fouten en vergissingen in een publicatie binden de reisorganisator niet.
Artikel 2 lid 5: Indien, bij reizen waarin vervoer is begrepen, de reisduur in de publicatie is vermeld in dagen, zijn de dagen van vertrek en aankomst, ongeacht vertrek- en aankomsttijd, als gehele dagen gerekend.

Artikel 3. Betaling
Artikel 3 lid 1: Bij het tot stand komen van de overeenkomst dient een bedrag (aanbetaling) te worden gedaan van € 275,- , tenzij in de desbetreffende publicatie anders is aangegeven.
Artikel 3 lid 2: Het restant van de reissom moet binnen een door de reisorganisator in de publicatie aan te geven termijn in het bezit zijn van de reisorganisator. Bij niet tijdige betaling is de reiziger in verzuim. Hij wordt daar door of namens de reisorganisator schriftelijk op gewezen en heeft dan alsnog de mogelijkheid het nog verschuldigde bedrag binnen 7 werkdagen te voldoen. Indien betaling ook dan uitblijft, wordt de overeenkomst geacht te zijn geannuleerd op de dag van verzuim. De reisorganisator heeft het recht om annuleringskosten, indien deze in de publicatie zijn bedongen, in rekening te brengen.
Artikel 3 lid 3: Indien de overeenkomst binnen 6 weken voor de dag van vertrek tot stand komt, moet terstond de gehele reissom worden voldaan.

Artikel 4. Reissom
Artikel 4 lid 1: De gepubliceerde reissom geldt per persoon, tenzij anders aangegeven. Hierin zijn begrepen de vergoedingen voor diensten en voorzieningen zoals in de publicatie zijn vermeld.
Artikel 4 lid 2: De gepubliceerde reissom is gebaseerd op de prijzen, geldkoersen,heffingen en belastingen zoals deze de reisorganisator bekend waren ten tijde van het in druk geven van de publicatie.
Artikel 4 lid 3: Na tijdige betaling van de gehele reissom zal de reisorganisator gedurende het tijdvak vanaf zes weken voor de dag van vertrek de reissom niet wijzigen. Uitsluitend in geval van extreme verhoging van de brandstofkosten kan de reisorganisator tot 20 dagen voor de dag van vertrek van deze bepaling afwijken. De reisorganisator zal de reiziger aangeven op welke wijze de verhoging is berekend.

Artikel 5. Informatie
Artikel 5 lid 1: De reiziger dient bij vertrek en gedurende de reis in het bezit te zijn van de benodigde documenten, zoals een geldig paspoort of, waar toegestaan, een toeristenkaart en de eventueel vereiste visa, bewijzen van inentingen en vaccinaties, rijbewijs en groene kaart.
Artikel 5 lid 2: Indien de reiziger de reis niet (geheel) kan maken wegens het ontbreken van enig (geldig) document, komt zulks met alle daaraan verbonden gevolgen voor zijn rekening, tenzij de reisorganisator schriftelijk heeft toegezegd voor dat document te zullen zorgen en het ontbreken van dat document hem niet kan worden toegerekend of de reisorganisator tekort geschoten is in zijn in het volgend lid bedoelde informatie-verplichting.
Artikel 5 lid 3: Uiterlijk bij de totstandkoming van de overeenkomst zal door of vanwege de reisorganisator algemene informatie betreffende paspoorten, visa’s en eventuele formaliteiten op gezondheidsgebied aan de reiziger worden verstrekt. De reiziger zal zelf bij de betrokken autoriteiten de nodige aanvullende informatie inwinnen en tevens tijdig voor vertrek nagaan of de eerder verkregen informatie intussen niet is gewijzigd.
Artikel 5 lid 4: Door of vanwege de reisorganisator zal de reiziger informatie moeten worden verstrekt over de mogelijkheid tot het afsluiten van een annuleringskostenverzekering en een reisverzekering.

Artikel 6. Reisbescheiden
De benodigde reisbescheiden zullen uiterlijk 10 dagen voor de dag van vertrek in het bezit van de reiziger worden gesteld tenzij deze termijn om gerechtvaardigde redenen moet worden overschreden.

Artikel 7. In-de-plaatsstelling
Artikel 7 lid 1: Tijdig voor de aanvang van de reis kan de reiziger zich laten vervangen door een ander. Daarvoor gelden de navolgende voorwaarden:
a. de ander voldoet aan alle aan de overeenkomst verbonden voorwaarden;
b. het verzoek wordt uiterlijk 7 dagen voor vertrek ingediend, dan wel zo tijdig dat de benodigde handelingen en formaliteiten nog kunnen worden verricht en
c. de voorwaarden van de bij de uitvoering van de overeenkomst betrokken dienstverleners zich niet verzetten tegen deze in-de-plaatsstelling.
Artikel 7 lid 2: De aanmelder, de reiziger en degene die hem vervangt zijn hoofdelijk aansprakelijk tegenover de reisorganisator voor de betaling van het nog verschuldigde deel van de reissom en eventuele in redelijkheid gemaakte extra kosten als gevolg van de vervanging.

Artikel 8. Annulering door de reiziger
Indien een overeenkomst wordt geannuleerd, zijn voor iedere reiziger naast eventueel verschuldigde reserveringskosten annuleringskosten verschuldigd. Zie hiervoor de annuleringsvoorwaarden.

Artikel 9. Opzegging door de reisorganisator
De reisorganisator heeft het recht de overeenkomst met onmiddellijke ingang en zonder vergoeding op te zeggen, indien het aantal aanmeldingen kleiner is dan het vereiste minimum aantal, vermeld in de publicatie. De opzegging dient binnen de in de publicatie genoemde termijn en schriftelijk te geschieden. De artikelen 10 en 11 zijn niet van toepassing.

Artikel 10. Wijziging, eventueel gevolgd door opzegging door de reisorganisator
Artikel 10 lid 1: De reisorganisator heeft het recht de overeengekomen dienstverlening op één of meer wezenlijke punten te wijzigen wegens gewichtige omstandigheden, dat wil zeggen zodanige omstandigheden dat verdere gebondenheid van de reisorganisator aan de overeenkomst in redelijkheid niet kan worden gevergd. Indien de oorzaak van de wijziging aan de reiziger kan worden toegerekend, komt de hieruit voortvloeiende schade voor rekening van de reiziger. Indien de reisorganisator door de wijziging geld bespaart, heeft de reiziger voor zijn aandeel recht op het bedrag van die besparing.
Artikel 10 lid 2: De reisorganisator moet de reiziger zo spoedig mogelijk nadat de gewichtige omstandigheden als voormeld zijn ingetreden een wijzigingsvoorstel in de vorm van een alternatief aanbod voorleggen. Deze verplichting vervalt, indien de oorzaak van de wijziging aan de reiziger is toe te rekenen. De reiziger kan de wijziging(en) afwijzen.
Artikel 10 lid 3: Het alternatieve aanbod dient minstens gelijkwaardig te zijn. De gelijkwaardigheid van alternatieve accommodatie moet worden beoordeeld naar objectieve maatstaven en dient te worden bepaald naar de volgende omstandigheden die uit het vervangende aanbod moeten blijken: 1. de situering van de accommodatie in de plaats van bestemming;
2. de aard en klasse van de accommodatie;
3. de faciliteiten die de accommodatie verder biedt.
Bij even bedoelde beoordeling moet rekening worden gehouden met:
a. de samenstelling van het reisgezelschap;
b. de aan de reisorganisatie bekende en door hem schriftelijk bevestigde bijzondere eigenschappen van de betrokken reiziger(s).
Artikel 10 lid 4: Indien het in lid 2 bedoelde aanbod van de reisorganisator door de reiziger wordt afgewezen of een dergelijk aanbod niet wordt gedaan, is lid 6 van dit artikel van toepassing.
Artikel 10 lid 5: De reisorganisator mag de overeenkomst ook op een niet wezenlijk punt wijzigen wegens gewichtige, de reiziger onverwijld meegedeelde redenen. In dat geval kan de reiziger de wijziging slechts afwijzen indien de wijziging hem tot nadeel van meer dan geringe betekenis strekt.
Artikel 10 lid 6: De reiziger die gebruik maakt van zijn recht om de wijziging of het alternatieve aanbod ingevolge de vorige leden van dit artikel af te wijzen, moet dit binnen 3 werkdagen na ontvangst van het bericht over de wijziging kenbaar maken. In dat geval heeft de reisorganisator het recht de overeenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen. Hij moet op straffe van verval- van dit recht gebruik maken binnen 7 werkdagen na ontvangst van de mededeling van de wijziging door de reiziger.
De reiziger heeft in dat geval recht op kwijtschelding of teruggave van de reissom (of, indien de reis reeds ten dele is genoten, op teruggave van een evenredig deel daarvan) binnen 2 weken, onverminderd zijn eventuele recht op schadevergoeding als bedoeld in lid 7 van dit artikel.
Artikel 10 lid 7: In geval van opzegging op grond van het vorige lid vergoedt de reisorganisator de reiziger de door deze geleden schade, tenzij de opzegging het gevolg is van overmacht als bedoeld in art.11 lid 4, waaronder overboeking niet is begrepen.
Artikel 10 lid 8:
A. Indien na vertrek van de reiziger(s) een belangrijk gedeelte van de diensten, waarop de overeenkomst betrekking heeft, niet wordt verleend of de reisorganisator bemerkt dat hij in een belangrijk gedeelte van de diensten niet zal kunnen voorzien, zorgt de reisorganisator er voor dat zo mogelijk passende, alternatieve regelingen worden getroffen met het oog op continuering van de reis.
B. De uit deze wijziging voortvloeiende schade voor de reiziger is voor rekening van de reisorganisator, indien de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst hem overeenkomstig het bepaalde in art. 11 is toe te rekenen.
Artikel 10 lid 9: De reisorganisator is, onverminderd het bepaalde in art. 14 lid 1, verplicht de reiziger te informeren over een door hem doorgevoerde wijziging in de vertrektijd. Deze verplichting geldt ten aanzien van de terugreis niet jegens reizigers die hebben geboekt voor uitsluitend vervoer en/of van wie het verblijfsadres niet bekend is.

Artikel 11. Aansprakelijkheid en overmacht
Artikel 11 lid 1: Onverminderd het bepaalde in de artikelen 9,10,12, 13 en 14 is de reisorganisator verplicht tot uitvoering van de overeenkomst overeenkomstig de verwachtingen die de reiziger op grond van de overeenkomst redelijkerwijs mocht hebben.
Artikel 11 lid 2: Indien de reis niet verloopt overeenkomstig de in lid 1 bedoelde verwachtingen, is de reiziger verplicht daarvan zo spoedig mogelijk mededeling te doen aan de betrokkenen bedoeld in artikel 16 lid 1.
Artikel 11 lid 3: Indien de reis niet verloopt overeenkomstig de in lid 1 bedoelde verwachtingen, is de reisorganisator verplicht eventuele schade te vergoeden, tenzij de tekortkoming in de nakoming niet aan hem is toe te rekenen noch aan de persoon van wiens hulp hij bij de uitvoering van de
overeenkomst gebruik maakt, omdat:
a. de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst is toe te rekenen
aan de reiziger; of
b. de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst niet kon worden voorzien of niet kon worden opgeheven en toe te rekenen is aan een derde die niet bij de levering van de in de reis begrepen diensten is betrokken; of
c. de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst te wijten is aan een gebeurtenis die de reisorganisator of degene van wiens hulp hij bij de uitvoering van de overeenkomst gebruik maakt, met inachtneming van alle mogelijke zorgvuldigheid niet kon voorzien of verhelpen; of
d. de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst is te wijten aan overmacht als bedoeld in lid 4 van dit artikel.
Artikel 11 lid 4: Onder overmacht wordt verstaan abnormale en onvoorzienbare omstandigheden die onafhankelijk zijn van de wil van degene die zich erop beroept en waarvan de gevolgen ondanks alle voorzorgsmaatregelen niet konden worden vermeden.

Artikel 12. Hulp en bijstand
De reisorganisator is naar gelang de omstandigheden verplicht de reiziger hulp en bijstand te verlenen, indien de reis niet verloopt overeenkomstig de verwachtingen die deze op grond van de overeenkomst redelijkerwijs mocht hebben. De daaruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van de reisorganisator, indien de tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst hem overeenkomstig het derde lid van artikel 11 is toe te rekenen. Indien de oorzaak aan de reiziger is toe te rekenen, is de reisorganisator tot verlening van hulp en bijstand slechts verplicht voor zover dat redelijkerwijs van hem kan worden gevergd. De kosten zijn in dat geval voor rekening van de reiziger.

Artikel 13. Uitsluiting en beperkingen aansprakelijkheid reisorganisator
Artikel 13 lid 1: Wanneer de reisorganisator op grond van artikel 13 aansprakelijk is voor de door de reiziger geleden schade, zal zijn aansprakelijkheid beperkt cq. uitgesloten zijn overeenkomstig de ter zake geldende internationale verdragen. Hij aanvaardt evenmin aansprakelijkheid waarvoor aanspraak op vergoeding bestaat uit hoofde van een reis- en/of annuleringsverzekering.
Artikel 13 lid 2: Indien de reisorganisator jegens de reiziger aansprakelijk is voor derving van reisgenot, bedraagt de vergoeding ten hoogste éénmaal de reissom.
Artikel 13 lid 3: Onverminderd het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel is de aansprakelijkheid van de reisorganisator voor andere schade dan veroorzaakt door dood of letsel van de reiziger beperkt tot ten hoogste driemaal de reissom, tenzij sprake is van opzet of grove schuld van de reisorganisator. In dat geval is zijn aansprakelijkheid onbeperkt.
Artikel 13 lid 4: De in dit artikel opgenomen uitsluitingen en/of beperkingen van de aansprakelijkheid van de reisorganisator gelden ook ten behoeve van werknemers van de reisorganisator, betrokken dienstverleners, alsmede hun personeel, tenzij verdrag of wet dit uitsluit.

Artikel 14. Verplichtingen van de reiziger
Artikel 14 lid 1: De reiziger(s) is(zijn) verplicht tot naleving van alle aanwijzingen van de reisorganisator ter bevordering van een goede uitvoering van de reis en is/zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door zijn/hun ongeoorloofde gedragingen, te beoordelen naar de maatstaf van het gedrag van een correcte reiziger. Iedere reiziger dient zich uiterlijk 24 uur voor het aangegeven tijdstip van vertrek van de terugreis bij de reisorganisator of diens vertegenwoordiger te vergewissen van het exacte tijdstip van vertrek.
Artikel 14 lid 2: De reiziger die zodanige hinder of last oplevert of kan opleveren, dat een goede uitvoering van een reis daardoor in sterke mate wordt bemoeilijkt of kan worden bemoeilijkt, kan door de reisorganisator van (voortzetting van) de reis worden uitgesloten indien van deze in redelijkheid niet kan worden gevergd dat de overeenkomst zijnerzijds wordt nagekomen. Alle daaruit voortvloeiende kosten komen voor rekening van de reiziger, indien en voor zover de gevolgen van hinder of last hem kunnen worden toegerekend. Indien en voor zover de oorzaak van de uitsluiting de reiziger niet kan worden toegerekend, wordt hem restitutie van de reissom of een gedeelte daarvan verleend.

Artikel 15. Rente en incassokosten
De reiziger die niet tijdig aan een geldelijke verplichting jegens de reisorganisator heeft voldaan, is over het nog verschuldigde bedrag een rente verschuldigd van 1% over iedere maand of gedeelte van een maand der vertraging. Voorts is hij gehouden tot vergoeding van buitengerechtelijke incasso-kosten gelijk aan 15% van de gevorderde hoofdsom met een minimum van € 50,- tenzij dit bedrag, de incasso-werkzaamheden in aanmerking genomen, onbillijk is.

Artikel 16. Klachten
Artikel 16 lid 1: Een geconstateerde tekortkoming in de uitvoering van de overeenkomst als bedoeld in artikel 11 lid 2 dient zo spoedig mogelijk te worden gemeld bij de betrokken dienstverlener, opdat deze een passende oplossing kan treffen. Indien de tekortkoming niet binnen redelijke termijn wordt opgelost en afbreuk doet aan de kwaliteit van de reis, moet deze onverwijld worden gemeld bij de reisleiding. Is deze niet aanwezig of bereikbaar dan dient de reiziger onverwijld contact op te nemen met de reisorganisator op de door deze voorgeschreven wijze. De daartoe in redelijkheid gemaakte kosten zullen door de reisorganisator aan de reiziger worden vergoed.
Artikel 16 lid 2: Als de tekortkoming ook dan nog niet tot tevredenheid is opgelost en aanleiding geeft tot een klacht, dan dient de reiziger deze zo spoedig mogelijk te melden bij de reisleiding of, indien dat onmogelijk is, bij de reisorganisator. Als een klacht niet bevredigend wordt opgelost, moet deze uiterlijk binnen één maand na terugkeer in Nederland schriftelijk en gemotiveerd worden ingediend bij de reisorganisator. Als de klacht niet de uitvoering maar de totstandkoming van een overeenkomst betreft, dient deze binnen één maand na kennisname door de reiziger van de feiten, waarop de klacht betrekking heeft, bij de reisorganisator te worden ingediend.
Artikel 16 lid 3: De reiziger die zijn vordering aan de bevoegde rechter wenst voor te leggen, dient dit, op straffe van verval van zijn rechten, te doen binnen een jaar na afloop van de reis (of, indien de reis geen doorgang heeft gevonden , een jaar na de oorspronkelijke vertrekdatum).

Bovenstaande reisvoorwaarden zijn grotendeels ontleend aan cq. geënt op de reisvoorwaarden van de ANVR.